Omgevingswet

Met dit bedrag betalen we onder andere eigen en ingehuurd personeel. Deze medewerkers houden zich bezig met de vergunningverlening voor bouw-, sloop- en aanlegactiviteiten in het kader van de Omgevingswet. Ook moeten we soms extern advies vragen of werk uitbesteden, bijvoorbeeld voor het doen van metingen op grond waar er gebouwd gaat worden. Dit kopen we in.

We huren personeel in omdat de omvang van de werkzaamheden in grote mate afhankelijk is van de bouwproductie. Die productie verschilt per jaar. Ook de invoering van de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) per 1 januari 2024 vraagt nog om flexibiliteit in de personele inzet.

De kosten die we hiervoor maken dekken we uit de inkomsten van de bouwleges. Deze zijn ook in sterke mate afhankelijk van de bouwproductie. De leges zijn op dit moment zo goed als kostendekkend. Jaarlijks presenteren we in de begroting een totaaloverzicht van de kosten en opbrengsten, en daarmee de kostendekkendheid.

bedragen x € 1 miljoen

omschrijving	begroot	begroot	realisatie	realisatie	resultaat
	lasten	baten	lasten	baten
personeel	3,9		3,7		0,3
inhuur	0,8		1,9		-1,1
inkoop	3,3		1,5		1,8
doorbelasting	0,0		0,0		0,0
subsidieontvangst		0,7		0,7	0,0
belasting		10,0	0,0	8,5	-1,5
voorziening	0,0		0,1		0,0
totaal	7,9	10,7	7,1	9,2	-0,6

We ontvangen minder leges voor bouwvergunningen. Dit komt doordat projecten vertragen. Verder zijn de kosten lager dan begroot. In het verleden compenseerde de lagere kosten de lagere inkomsten. Tot nu toe was het zo dat we als er minder bouwvergunningen waren, dan was er ook minder werk te doen.
Dit jaar daalden de kosten minder hard dan de terugloop van onze inkomsten. Dit komt door de Omgevingswet, die nieuw is. We moeten nu bijvoorbeeld bij een bouwvergunning een 'voortoets' doen.
Per saldo levert dit een nadeel op van € 0,6 miljoen.